Zowel in haar bronzen als in haar stenen sculpturen kiest Luut de Gelder (1942) voor de verbeelding van delen van het menselijk lichaam, in het bijzonder het vrouwelijk lichaam. Telkens is hetzelfde gedeelte weergegeven, zoals in het bronzen beeld 'Female Fragment'. Het onderlichaam verwijst volgens De Gelder naar het meest essentiële van het vrouwelijk lichaam, de plaats van oorsprong. De beelden zijn het resultaat van de spanning tussen de ongeremde vrijheid, de uiting van de gevoelens van de kunstenares en de aard van het materiaal. Met de platte gedrongen soms taps toelopende sculptuur geeft zij op abstraherende wijze deze thematiek vorm. De bronzen werken zijn, in tegenstelling tot de helemaal glad gepolijste torsen in marmer, alleen aan de voorkant glad. De achterkant heeft een bewerkt oppervlak. De Gelder wil hiermee de tegenstelling tussen de uiterlijke schoonheid en de innerlijke verbrokkeling van de mens uitdrukken.