Overslaan en naar de inhoud gaan

Monument van Vlucht en Verzet van patricia kaersenhout

ontwerp van kunstwerk in het park

Utrecht krijgt een slavernijmonument. Kunstenaar patricia kaersenhout gaat het kunstwerk maken. Het monument over het trans-Atlantisch slavernijverleden is een initiatief van nazaten van totslaafgemaakten en komt in het Griftpark. De initiatiefnemers hebben een belangrijke stem gehad in de keuze voor het ontwerp. Monument van Vlucht en Verzet van patricia kaersenhout van bevat veel symboliek en maakt de rauwe geschiedenis zichtbaar. Met de driehoekige vorm verwijst ze naar de driehoekshandel: een systeem van trans-Atlantische uitwisselingen in drie richtingen tussen Europa, Afrika en Amerika. De Flying Africans bovenop het werk zijn figuren uit een Afrikaanse legende die aan slavernij ontsnappen door een magische passage terug over de oceaan. De haren van deze figuren zijn in cornrow gevlochten. Via cornrows communiceerden de totslaafgemaakten met elkaar. De bakstenen rondom verwijzen naar de stenen die als ballast werden gebruikt voor de schepen. Onder het kunstwerk zijn 20.000 kauri schelpen verborgen, de prijs van een totslaafgemaakte.

Bij het monument kunnen bezoekers via een QR code luisteren naar verhalen over vlucht en verzet. Vanaf deze plek kunnen mensen de wandeling Sporen van Slavernij maken.

Het monument wordt een centrale plek voor de jaarlijkse herdenking en viering van de afschaffing van de slavernij in Suriname en het Caribisch deel van Nederland. Op 30 juni 2023, tijdens Keti Koti, wordt het monument onthuld.

Onderzoek en excuses

Eerder maakte burgemeester Sharon Dijksma namens het college van Utrecht al excuses voor de rol van hun voorgangers in het koloniale en slavernijverleden van de stad. Utrecht was nauw verbonden met de koloniale handel en slavernij en profiteerde van de opbrengsten, bleek uit het onderzoek Slavernij en de stad Utrecht dat in opdracht van de gemeente Utrecht werd uitgevoerd. Verschillende lagen van de Utrechtse bevolking hebben aangezet tot, investeerden in en verdienden geld aan slavernij in Amerika, Afrika en Azië.

Interview met patricia kaersenhout

“Als mijn voorouders zich niet hadden verzet, had ik hier niet gezeten. Ik doe dit voor hen.” Kunstenaar patricia kaersenhout is de maker van het monument ‘Vlucht en Verzet’, dat op 30 juni in het Griftpark wordt onthuld. De aankomende periode gaat ze aan de slag met het definitieve ontwerp. Het monument wordt een plek voor de jaarlijkse herdenking en de viering van de afschaffing van de slavernij. “Sinds ik afgestudeerd ben aan de kunstacademie –zo'n 20 jaar geleden- houd ik me bezig met dit thema. Dat ik dit monument kan maken, hier in deze stad... in het hart van ons land, betekent veel voor me.”

“Utrecht speelde een belangrijke rol bij het verloop van het wereldwijde slavernijverleden”, vertelt patricia terwijl ze wijst naar een oude tekening van het stadhuis. “Hier in het stadhuis werd in 1713 De Vrede van Utrecht getekend, die een einde maakte aan een reeks bloedige oorlogen, maar ook belangrijk was voor het Asiento de Negros. Dat was het contractuele recht om Afrikaanse slaafgemaakten te verkopen in Spaans-Amerika. Het pact maakte een einde aan godsdienstoorlogen, maar was ook een enorme boost voor de wereldhandel en daarmee het koloniale project.” 
 
“Bij dit monument ligt de nadruk niet op het lijden, maar op verhalen van verzet. Want dat is er altijd geweest, op verschillende manieren. De legende van The flying Africans bijvoorbeeld. Er is een Caraïbische legende die vertelt dat tot slaaf gemaakte mensen stopten met zout eten, omdat ze dachten zo lichter te worden om vervolgens terug te kunnen vliegen naar Afrika. Het laat zien hoe de kracht van verbeelding ook een vorm van verzet kan zijn. Dit heb ik verwerkt in het monument.”

Het maakt de rauwe geschiedenis letterlijk zichtbaar. “De vorm is een driehoek, die verwijst naar de driehoekshandel tussen Europa, Afrika en Amerika. Aan de zijkant zit een inham waar je in kan zitten, precies zo groot als de ruimte die tot slaafgemaakten hadden op de schepen. Ik vind het belangrijk dat mensen niet alleen toekijken, maar ook echt ervaren.”